De juiste uitrusting voor het uitlaten: voor een leuke wandeling met je hond

De uitlaatronde is voor de hond niet alleen voor de fysieke inspanning van essentieel belang, maar ook vanwege de externe prikkels, zodat de hond ook mentaal wordt gestimuleerd. Op de vraag hoe vaak en hoe lang je je hond moet uitlaten, is geen eenduidig antwoord mogelijk. De duur en frequentie van de uitlaatronde is namelijk sterk afhankelijk van het ras, de leeftijd, het karakter en de gemoedstoestand van de hond en de algemene leefomstandigheden. Grof zijn voor volwassen honden twee grote ronden van elk één uur vereist waarin ook speeltijd wordt ingepland. Daarom is het altijd een goed idee om tijdens de wandeling ook hondenspeelgoed mee te nemen. Welk hondenspeelgoed hiervoor geschikt is, lees je in de leidraad over hondenspeelgoed.

In deze leidraad gaat het echter om de passende uitrusting die nodig is, zodat de uitlaatronde voor hond en mens ontspannen en veilig verloopt. Hiertoe behoren: hondenriem, hondenhalsband of hondentuig, poepzakjes en eventueel een hondenmantel.

Met deze 3 tips vind je altijd de passende hondenriem: een hondenriem is van essentieel belang tijdens het uitlaten

Een absolute must tijdens elke wandeling met de hond is een hondenriem. Deze beperkt op het eerste gezicht misschien wel de bewegingsradius van de hond, maar in sommige situaties is hij voor de veiligheid van zowel mens als dier van essentieel belang. Bijvoorbeeld als andere honden in de buurt zijn, in een drukke stad of voor trainingsdoeleinden. Wij laten in drie stappen zien hoe je voor je hond een jouw doeleinden de juiste riem vindt.

1. Het soort riem

Voor elke situatie en elke hond is een geschikte riem verkrijgbaar:

• Standaard riem
• Revtrieverlijn of moxonlijn
• Sleeplijn
• Rollijn

De standaard riem is een klassieke hondenriem die aan een uiteinde van een karabijnhaak is voorzien die voor het inhaken in de halsband dient. Aan de andere kant zit meestal een handlus. Sommige hondenriem zijn bovendien van meerdere ogen voorzien waarmee de lengte van de riem kan worden gevarieerd.

Lange hondenriemen zijn geschikt voor het wandelen met de hond in een park of bos, terwijl korte hondenriemen, ook wel korthouders genoemd, beter geschikt zijn voor een drukke omgeving of voor het oefenen van het commando „naast“.

Bij een retrieverlijn of moxonlijn is de halsband in de riem geïntegreerd. Er wordt gewoon een lus wordt over de nek van de hond getrokken. Zo kan de hond snel worden losgelaten en weer aangelijnd. Dat is vooral tijdens wedstrijden of trainingen erg handig.

Sleeplijnen kunnen tot wel 20 m lang zijn waardoor ze de bewegingsradius van de hond enorm uitbreiden zonder dat hij het contact met de mens verliest. Sleeplijnen kunnen onder andere tijdens een training met recall commands worden gebruikt. De hond „sleept“ de riem zogezegd achter zich aan. Om deze reden moet in combinatie met een sleeplijn een hondentuig worden gebruikt, zodat de trekkrachten op de nek laag worden gehouden en de hond niet wordt gewurgd als hij blijft hangen.

Vooral voor kleine honden zijn rollijnen die over een automatisch oprolmechanisme beschikken, erg populair. Daardoor kan de hond van de mens af bewegen. Anders dan bij sleeplijnen sleept de riem echter niet over de grond. Rollijnen zijn voor de training maar beperkt inzetbaar, omdat er een permanente trekkracht wordt uitgeoefend en de druk zodoende niet minder wordt. Hierdoor raakt de hond veeleer in de war en zal hij eventueel veranderen in een hond die aan de lijn blijft trekken. Op grond van de permanente trekkrachten moet ook bij rollijnen altijd een tuig worden gedragen.

2. Het materiaal van de hondenriem

Een hondenriem wordt door de trekkrachten, vuil, vocht en hondentanden sterk belast. Robuuste en duurzame materialen zijn voor hondenriemen om deze reden onmisbaar.

Leer is een zeer robuust, natuurlijk materiaal dat zacht in de hand ligt en bij een goed onderhoud lang meegaat. Leren riemen zijn door hun gewicht veeleer voor grote, sterke honden geschikt.

Vaak wordt ook nylon gebruikt dat eveneens zeer robuust is, maar een stuk onderhoudsvriendelijker dan leer. Hondenlijnen van dit materiaal zijn zelfs geschikt voor de wasmachine. Let bij een riem van nylon op de afwerking, omdat de randen bij minderwaardige modellen snel gaan rafelen.

Een solide riem met veel grip is gemaakt van katoen of touw.

Vooral bij sleeplijnen die door vuil en vocht worden getrokken, is een waterafstotend materiaal van groot belang. Vuilafstotende PVC-vezels zijn niet alleen zeer licht en liggen stevig in de hand, maar kunnen na het wandelen ook zonder problemen worden afgewassen.

Het materiaal is ook bepalend voor het gewicht van de riem. Dat moet aan de grootte van de hond aangepast zijn. Puppy’s hebben bijvoorbeeld nog een fragiele botstructuur en hebben dus een lichte riem nodig. Het gewicht van de hondenriem wordt naast het materiaal ook voor een belangrijk deel door de lengte en breedte bepaald.

Kijk ook goed naar het materiaal van de karabijnhaken, want deze gaan het snelst kapot. Idealiter bestaat de karabijnhaak uit metaal, omdat dat materiaal zeer stabiel is. Messing is daarentegen een legering en dus minder robuust.

3. De passende lengte van de hondenriem

Afhankelijk van het type riem kunnen hondenriemen tussen 35 cm en 20 m lang zijn. Hoe korter de hondenriem uitvalt, des te meer controle heeft de mens over de hond. Korte riemen zijn voor de training of om verschillende veiligheidsredenen beter geschikt dan lange. Hiervoor zijn riemen van tot en met twee meter het beste geschikt.

Omgekeerd betekent een langere riem meer bewegingsvrijheid voor de hond. Dat kan echter ook gepaard gaan met een hoger risico op letsel. Met name bij uitgerolde looplijnen die maar slecht zichtbaar zijn of sleeplijnen die achter de hond worden aan getrokken, moet je als hondeneigenaar met zorg handelen, zodat niemand aan de riem blijft hangen of de hond letsel oploopt. Voor dagelijks gebruik zijn hondenriemen van twee tot drie meter zeer goed geschikt.

Bij riemen vanaf drie meter raden wij een hondentuig aan, zodat de nekwervel en het strottenhoofd van de hond niet te sterk door het gewicht van de riem worden belast.

Ook de breedte van de hondenriem is voor de keuze van de passende riem van groot belang. Hoe breder de hondenriem is, des te groter kunnen de trekkrachten zijn waartegen deze bestand moet zijn. Voor grote honden met een lichaamsgewicht vanaf 15 kilo raden wij hondenriemen met een breedte van 1,5 cm aan. Bij zware honden vanaf 25 kilo is een 2 cm brede hondenriem zinvol. Bij kleine honden die niet trekken, kunnen ook smallere riemen worden gebruikt.

De hondenhalsband: de klassieker tijdens het uitlaten

De hondenhalsband is de klassieker tijdens het wandelen met de hond. De halsband is niet alleen een mooie accessoire, maar hieraan worden met name de riem en de hondenpenning bevestigd. Tegelijkertijd vormt de riem een communicatiemiddel tussen mens en hond. Vooral voor trainingsdoeleinden en opvoeden is een hondenhalsband nuttig en dient dan te worden geprefereerd boven een hondentuig. Als bijvoorbeeld het commando „naast“ moet worden geoefend, zou de bevestigingsring van het tuig te ver achter zitten. Hierdoor zou de correctie van de hond te veel moeite kosten.

Vooral honden met krachtige hals- en borstspieren kunnen met een halsband makkelijker worden gecorrigeerd, omdat ze anders het tuig zouden kunnen gebruiken om nog meer kracht te zetten. Een hond met een korte snuit en een lastige ademhaling daarentegen kan met een halsband slechter uit de voeten, omdat hierbij de luchtpijp kan worden afgekneld.

De pasvorm van de halsband:

De nek van je hond meet je in het midden op door het meetlint niet te strak rond de nek te plaatsen. Maar het meetlint mag ook niet te los zitten. Ter oriëntatie moeten een tot twee vingerbreedten tussen meetlint resp. halsband van de hond passen. Idealiter kan de maat van de halsband worden versteld, zodat deze ook na de rui nog past. Halsbanden met gespsluiting kunnen logischerwijs niet zo snel individueel worden aangepast als een halsband met steeksluiting en een traploos verstelbare sluiting. Daarnaast zijn er ook nog zogenoemde sliphalsbanden die als er aan wordt getrokken tot aan een stopper samentrekken. Deze zijn echter alleen voor honden geschikt die zich met een halsband prettig voelen en niet proberen zich hieruit te draaien.

Idealiter zit de ring voor het inhaken van de riem in de buurt van de sluiting, anders drukt namelijk de sluiting in het strottenhoofd als er trekkrachten op de halsband worden uitgeoefend.

Een hondenhalsband kan daarom beter te breed dan te smal zijn, zodat de druk die door de trekkrachten ontstaat makkelijker wordt verdeeld. Hierdoor vermindert het letselrisico van de hond en wordt het draagcomfort van de halsband verhoogd. De halsband moet echter altijd aan de grootte van de hond aangepast zijn.

Het materiaal van de hondenhalsband:

Het materiaal moet vachtvriendelijk zijn en mag geen allergieën veroorzaken. Een hondenhalsband van leer is een echte klassieker. Het natuurproduct is bij kou aangenaam warm en gaat bij een goed onderhoud van het leer zeer lang mee. Meer over een grondige en milde leerverzorging lees je in de leidraad „Zadel- en leeronderhoud“.

Een hondenhalsband van nylon is eveneens robuust en scheurvast en tegelijkertijd onderhoudsvriendelijk. Het houdt ook in vochtige staat zijn vorm en zuigt zich niet zo vol als een leren halsband. Halsbanden van nylon hebben meestal een steeksluiting van kunststof die als deze van slechte kwaliteit is bij een korte, heftige ruk aan de riem kan scheuren. Gespen van roestvrij staal kunnen bij honden die niet nog netjes aan de riem naast je lopen in dit geval een betere keuze zijn.

Daarnaast moet het materiaal voor een hondenhalsband makkelijk rekbaar zijn, zodat de hond niet wordt gewurgd. Het mag echter niet zo flexibel zijn dat zich de hond er zonder problemen uit kan wurmen.

Hondenhalsbanden voor puppy’s:

Puppy’s hebben andere halsbanden nodig dan volwassen honden. Enerzijds moeten puppy-halsbanden extra zacht en soepel zijn, omdat ze nog niet bestand hoeven zijn tegen hoge trekkrachten. Hiervoor zijn bijvoorbeeld huidvriendelijke katoenen halsbanden geschikt. Anderzijds moeten ze meegroeien met de nekomvang. Een traploos verstelbare halsband is erg praktisch, zodat je niet steeds weer een nieuwe hoeft te kopen. In geen enkel geval mag een sliphalsband worden gebruikt. Puppy’s die eerst nog moeten leren om netjes aan de lijn te lopen, zouden zo gewurgd kunnen worden waardoor ze letsel zouden kunnen oplopen.

Hondenhalsbanden voor grote honden:

Hoe groter de hond, des te breder en robuuster moet ook de halsband zijn. Als de halsband te smal is, kan hij in de huid snijden of puntsgewijze druk op het strottenhoofd uitoefenen. Bovendien zouden erg dunne halsbanden niet bestand zijn tegen de trekkrachten die ontstaan als de hond aan de riem trekt. Voor een betere drukverdeling zijn voor grote honden XL-halsbanden van bijvoorbeeld leer een goede optie.

Lichtgevende halsbanden voor in het donker:

Voor meer zichtbaarheid en veiligheid tijdens het wandelen in het donkere seizoen zorgen lichtgevende of reflecterende hondenhalsbanden. Terwijl reflecterende hondenhalsbanden eerst door een externe lichtbron moeten worden verlicht, zodat de hond wordt herkend, hebben lichtgevende halsbanden hun eigen lichtbron. Hierdoor wordt de hond ook in een compleet donkere omgeving gezien.

Ten behoeve van de duurzaamheid zijn er steeds meer lichtgevende halsbanden voor honden die via een USB-aansluiting heroplaadbaar zijn.

Het juiste hondentuig vinden: comfort en extra veiligheid voor de hond

Sommige hondeneigenaren kiezen om persoonlijke redenen in plaats van een halsband liever voor een hondentuig. In sommige gevallen kan een hondentuig tijdens het wandelen handiger zijn. Een tuig biedt bange tot panische honden bijvoorbeeld meer zekerheid. Een hondentuig kan ook meer draagcomfort bieden, omdat het strottenhoofd niet wordt belast. In de sledehondensport daarentegen is een trektuig juist een voorwaarde, bijvoorbeeld tijdens de canicross (hardlopen in de natuur met een aangelijnde hond).

Net als bij de hondenriemen zijn er bij tuigen ook voor elke situatie passende hondentuigen te vinden, waarbij niet elk tuig bij elke hond past. Je kunt het beste verschillende modellen uitproberen.

Tuigen voor honden:

Een klassiek hondentuig is individueel inzetbaar en meervoudig verstelbaar. Daarmee is het niet alleen voor verschillende typen honden inzetbaar, maar kan ook voor jonge honden in de groei worden gebruikt.

Bij een tuig wordt het hoofd door de halsband gestoken. Hieraan zijn de borst- en rugband bevestigd die via de buikband met elkaar verbonden zijn. Er zijn drie vormen van hondentuigen: H-, Y- of X-tuigen die de druk op verschillende manieren verdelen.

De drie soorten bieden, voor zover het tuig past, veel bewegingsvrijheid rond de schouders en beperken de staplengte van de hond niet.

Een veiligheidstuig is een uitbreiding van het hondentuig dat voor zeer bange honden tijdens het wandelen is bedoeld. Een veiligheidstuig beschikt over een extra tailleriem die het voor de hond vrijwel onmogelijk maakt om zich uit het tuig te wurmen.

Noors hondentuig voor honden:

Een Noors hondentuig valt decenter uit, omdat het slechts uit een verticale borstband en een rompband bestaat. Daardoor kan het zeer eenvoudig worden omgedaan: het tuig wordt gewoon op de hond gelegd en daarna wordt de buikband gesloten. Via een greep op de rug kan de hond in kritieke situaties stevig worden vastgehouden. Voor bange honden is een Noors tuig veeleer ongeschikt, omdat ze hier makkelijker uit kunnen ontglippen.

De ideale pasvorm is bij een Noors tuig van essentieel belang, omdat het weinig instelmogelijkheden heeft en maar beperkt aanpasbaar is. Als het niet goed zit, loopt de horizontale borstband over het puntige borstbeen en het schoudergewricht en verandert hierdoor niet alleen het gangbeeld, maar kan op de lange termijn zelfs de ribben doen verschuiven. Een Noors tuig is dus niet voor alle honden geschikt. Voor hen is een standaard tuig dan de beste optie.

Zadeltuig voor honden:

Een zadeltuig is doorgaans opgebouwd zoals een Noors tuig met een horizontaal verlopende borstband, maar het beschikt over brede stoffen delen bij de buikband. Zo kunnen bijvoorbeeld drinkflessen of outdoorcamera’s worden bevestigd. Het nadeel van de stoffen panelen is de warmteontwikkeling eronder, die vooral in de zomer erg onaangenaam kan zijn voor de hond.

Trektuig voor honden:

Wie met zijn hond sportief aan de slag wil, kan beter kiezen voor een trektuig. Deze worden onder andere voor hondesleden en andere sledesporten met honden gebruikt. Ze zijn zodanig ontworpen dat ze de hond erg veel bewegingsvrijheid bieden en de druk goed verdelen. Want anders dan in het dagelijkse leven, moet de hond in dit geval juist aan het tuig trekken. Trektuigen hebben achter de laatste buikband nog een verlenging naar achteren waaraan de riem wordt bevestigd. Zo verschuift het tuig niet, maar sluit nauw aan.

De optimale pasvorm van een hondentuig:

Hoe een hondentuig moet zitten, is sterk afhankelijk van het gebruiksdoel. De pasvorm moet zodanig zijn dat de hond zich hierin prettig voelt en ongehinderd kan bewegen. Om de juiste maat van het hondentuig te bepalen, moet de hond eerst worden opgemeten. Belangrijk zijn de hals- en borstomvang.

Voor de halsomvang (1) wordt het meetlint op de laatste nekwervel voor de schoft geplaatst waar het hoogste punt van de schouders zit en via het borstbeenbot een keer rond de nek gelegd. Om de borstomvang (3) te meten, wordt het meetlint 3 tot 5 vingerbreedtes achter de voorpoten geplaatst en een keer losjes rond de romp gelegd – je moet nog een wijsvinger onder het meetlint kunnen schuiven. Bedenk dat de verschillende fabrikanten uiteenlopende maatinformatie verstrekken. Daarom moet je de verschillende hondentuigen toch gewoon uitproberen.

Het hondentuig zit correct als de buik (3)- en borstband (2) de natuurlijke beweging van de voorpoten niet belemmeren. Als de buikband te ver naar voren zit, kan hij in de elleboogplooi drukken en tot schuurplekken leiden. Bij kleinere honden moet er twee vingers ruimte tussen buikband en voorpoten zitten. Bij grotere honden kan het ook een handbreedte zijn.

Tegelijkertijd mag de buikband niet te ver achter, maar moet voor de laatste ribbenboog zitten. Dat kun je het beste controleren door licht aan de riem te trekken, want ook dan mag de buikband niet naar de weke delen van de hond glijden en organen afknellen.

Het ruggedeelte ligt in het midden van de rug en verschuift niet. Als het hondentuig optimaal zit, kun je maximaal een platte hand tussen hond en tuig schuiven.

Bij een hondentuig komen halsband en borstgedeelte in het midden op het borstbeen samen, zodat het strottenhoofd niet wordt afgekneld als er trekkrachten worden uitgeoefend. Bij een Noors tuig is de bepaling van de optimale pasvorm wat lastiger, want de schouders van de hond moeten zo goed als mogelijk vrij blijven, terwijl de borstband nog op het borstbeen moet liggen.

Als de hond in het koude seizoen een jas nodig heeft: wandelen in de kou

Je gaat met je hond door weer en wind. Honden hebben niet alleen beweging nodig, maar moeten ook hun behoefte kunnen doen. De uitlaatronde kan bij regen en kou echter ook voor de hond onaangenaam zijn.

Maar wanneer is een hondenjas nodig?

Grofweg zou je kunnen zeggen: als het vochtig en koud weer is of als de temperatuur rond de 5 graden ligt. Dat moet je echter per hond individueel bepalen. Wij raden in die gevallen een waterdichte hondenjas of een gevoerde hondenmantel aan.

De volgende hondentypes hebben een hondenjas nodig in het koude seizoen:

KORTE VACHT TYPES

Hondenrassen met korte haren of weinig ondervacht of vetweefsel hebben extra bescherming nodig tegen kou en wind.

SPORTLER

Hondenjassen beschermen tegen afkoeling tijdens trainingspauzes in hondensporten en houden spieren en pezen warm.

SENIOREN, PUPPY’S OF ZIEKE HONDEN

Chronische klachten aan de rug, gewrichten en huid worden verminderd door een betere bescherming tegen het weer. Honden met een verzwakt immuunsysteem profiteren ook van een hondenjas.

ZUIDERLING

Honden uit warmere klimaten, bijvoorbeeld uit de dierenbescherming, bevriezen in het koude seizoen en kunnen daar zelfs ziek van worden.

Wij onderscheiden tussen de volgende hondenmantel-modellen:

• Ongevoerde regenmantels
• Hondenmantels met een binnenvoering van fleece
• Hondentruien
• Hondenfleecemantels
• Klassieke honden-wintermantels met een vulling vanaf 50 g
• Hondenbadjassen

Hondenregenmantels zonder voering:

Een hondenregenmantel is bijzonder geschikt voor honden die niet van regen houden. Maar ook honden met een dichte ondervacht die in huis een sterke geur afgeven zodra ze nat zijn geworden, kunnen een waterdichte regenmantel voor honden dragen. Doorgaans voorkomen de getapte naden het binnendringen van water. Sommige hondenregenmantels beschikken ook over een binnenvoering van fleece waardoor de hond warm blijft en waardoor de mantel bijzonder vachtvriendelijk is.

Heeft jouw hond gevoelige oren of komt het met bakken uit de hemel? Voor zulke gevallen zijn er regenmantels voor honden met een fixeerbare capuchon. Daarnaast zorgen reflecterende strepen of pipings op de hondenregenmantel voor een grotere zichtbaarheid in de herfst.

Hondentruien & hondenfleecemantels:

Hondentruien en hondenfleecemantels zijn een ideale tussenoplossing tussen de seizoenen bij temperaturen boven 5 graden als het nog te vroeg is voor een dikke wintermantel. Hondentruien of hondenfleecemantels kunnen afhankelijk van het model ook als extra bescherming tegen de kou onder een regenmantel worden gedragen. Ze zijn echter niet voor vochtige dagen geschikt, omdat ze zich met vocht volzuigen en dat kan een negatief effect hebben op de gezondheid van de hond.

Gevoerde winterhondenmantel:

Als de temperaturen dalen tot rond de nul graden, dan is een warme winterhondenmantel precies de juiste oplossing voor honden zonder ondervacht die het snel koud hebben. De warme voering zorgt voor de warmte die de hond zelf niet kan produceren. Een hondenjas geldt vanaf een vulling van 50 g als winterhondenmantel. Extra warmte en comfort biedt een zachte binnenvoering die vachtvriendelijk is en niet tot haarbreuk leidt.

Buiten de basiseigenschappen verschillende de modellen qua model en extra functies. Sommige hondenmantels voor de winter zijn bijvoorbeeld voorzien van een kraag die ook de nek van de hond warm houdt. Houd er ook rekening mee dat niet alle winterhondenmantels waterdicht zijn en dus niet bestand zijn tegen zware regenbuien. Net zoals bij regenmantels voor honden vormen bij de wintermantel-modellen reflecterende details voor de honden een groot voordeel.

De badjas voor honden:

Is je hond tijdens het wandelen in plassen gesprongen of is hij gaan zwemmen in een meertje en moet nu de auto in? Of heb je je hond gewassen en wil hij nu weer naar binnen? Voor zulke momenten is een badjas voor honden handig. Hondenbadjassen bestaan uit absorberend Terry Towel-materiaal dat de hond dankzij een buikflap, hoge kraag en deels ook een beenafdekking rondom omsluit.

Zo droogt de hond sneller en is tegelijkertijd beschermd tegen eventuele onderkoeling. Dat laatste is vooral bij oude, zieke honden en puppy’s van belang, omdat zij een zwakker immuunsysteem hebben.

Hoe moet een hondenmantel zitten?

Net als een hondentuig moet ook een hondenmantel goed passen. Ook hier geldt weer: uitproberen. Een hondenmantel zit goed als de volledige bewegingsvrijheid van de hond behouden blijft. De hondenmantel mag dus niet te strak zitten op de rug en ook niet op de schouders. Meet hiervoor de ruglengte van de hond in staande positie op. Het hoofd moet hierbij rechtop staan. De hondenmantel moet de rug volledig bedekken en loopt idealiter tot aan de staartaanzet. Zorg er tijdens het uitproberen voor dat de beenuitsparing de hond bij de voorpoten niet belemmert. Tot slot moet de hond zich in de hondenmantel prettig voelen en vrij kunnen bewegen.