FAQ over bitten
1. Tongfouten: Wat te doen als het paard de tong over het bit legt?
2. Het paard leunt op het bit – welk bit is het juiste?
3. Wat te doen als het paard het bit niet in wil?
4. Hoe kan ik een trensbit reinigen?
5. Hoe wordt het bit correct aan het halster vastgemaakt?
6. Welk bit is geschikt voor jonge paarden?
9. Hoe vaak moet ik het bit van het paard vervangen?
1. Tongfouten: Wat te doen als het paard de tong over het bit legt?
Een tongfout is een serieus probleem waarbij het paard het vertrouwen in de ruiterhand heeft verloren. Bij een tongfout schuift het paard zijn tong tijdens het rijden met bit door de snijtanden. Ook het uitsteken naar de zijkant tijdens nerveus kauwen is typisch. In het ergste geval kan het paard op zijn tong bijten, zodat bloed uit de mond druipt of vermengd raakt met het speekselschuim.
De tongfout is hierbij alleen het symptoom van een onderliggend probleem: ofwel heeft het paard medische problemen, waardoor het bit onaangenaam is of de ruiter is te hard en onverbiddelijk bij het bieden van hulpen. Ook zeer gevoelige paarden reageren al bij een licht trekken aan de teugel met het uitsteken van de tong. Dat mag echter niet als excuus worden gebruikt om niet op zoek te gaan naar de oorzaak.
Als eerste worden medische en anatomische problemen (wolfskies, haken van voorste kiezen) uitgesloten en een harde ruiterhand als oorzaak voor de tongfout geëlimineerd. Daarna worden de correcte bevestiging van het hoofdstel en de pasvorm van het bit onderzocht. De richtlijnen voor een correct bevestigd hoofdstel hebben wij in onze hoofdstel-leidraad beschreven. De correcte bevestiging van een bit in het hoofdstel kun je in FAQ 5 nalezen.
Als het tongprobleem ook na een intensieve zoektocht naar de oorzaken niet kan worden verholpen, kun je je paard als alternatief aan bitloos rijden laten wennen. Wij raden je verder aan om een expert te raadplegen.
2. Het paard leunt op het bit – welk bit is het juiste?
Als het paard op het bit leunt, kan het nog maar met moeite worden aangestuurd of afgeremd. Vooral in het terrein of op een parcours kan dat gevaarlijk zijn. In noodgevallen geldt: Stevig gaan zitten, het gewicht naar achteren verplaatsen en met de bovenbenen impulsachtig opdrijven, zodat de teugels weer strak komen te staan. Zodra het paard de controle afgeeft, wordt de cirkel verkleind om de voorwaartse drang van het paard af te remmen.
Op lange termijn moet het paard via het aannemen en nageven van de teugels soepel worden gemaakt. In de training moeten veel handwissels en tempowisselingen, overgangen, wisselingen tussen slangenlijnen rijden links en rechts en draven over balken worden ingebouwd. Trek niet permanent aan het bit!
Veel belangrijker dan een vervanging van het bit is de correctie door een goede training waarbij het paard leert zich beter te dragen. Desondanks kan een stangbit voor de correctie zinvol zijn. Houd er rekening mee dat met een stangbit geen eenzijdige teugelhulpen mogelijk zijn. Als het paard op het bit leunt, wordt de druk bij een stangbit snel groter, zodat het paard tot vrijwillig nageven wordt gedwongen.
Ook een ophaaltrens kan een mogelijkheid zijn. Bij een ophaaltrens waarbij het ophaal-bakstuk verticaal door de trensringen wordt getrokken, wordt de druk op de mondhoeken en nek vergroot.
Bij een 3-ring trens kun je tussen verschillende teugelbevestigingen variëren om afhankelijk van het trainingsdoel het paard ertoe aan te zetten niet meer op het bit te leunen.
3. Wat te doen als het paard het bit niet in wil?
Als het paard het bit niet in wil, moet uitgebreid naar de oorzaak worden gezocht. De signalen van het paard moeten serieus worden genomen, omdat zowel anatomische problemen of gezondheidsproblemen de oorzaak kunnen zijn (haken, wolfskiezen), evenals de hantering van het bit door de ruiter. In sommige gevallen is het voor het paard ook een soort spelletje om het bit te weigeren als het eenmaal heeft geleerd om zich door het omhoog trekken van de kop aan het plaatsen van de trens te onttrekken.
- Sluit eerst haken en scherpe randen in de mondholte uit.
- Controleer de positie en bevestiging van het bit (zie FAQ 5)
- Controleer je eigen omgang met het bit tijdens het rijden
- Als dat niet de oorzaak is, moet je het paard met veel lof aan het bit laten wennen.
De ervaring moet zich positief in het hoofd van het paard manifesteren doordat je het bit bijvoorbeeld met appelmoes insmeert en elke stap in de juiste richting beloont. Ga tijdens het plaatsen van de trens voorzichtig te werk, zodat de oren niet worden geknikt of de mondhoeken bekneld raken. Dat kan namelijk tot heftige afweerreacties bij het paard leiden.
4. Hoe kan ik een trensbit reinigen?
Na het paardrijden kunnen voederresten en speeksel van roestvrijstalen en kunststof bitten zonder problemen met water worden afgewassen. Daarna wordt het afgedroogd. Hardnekkige verontreinigingen kunnen door het plaatsen in een gangbare gebitsreiniger of een mengsel van azijn en bakpoeder worden verwijderd. Na een inweektijd van vijf minuten wordt het bit zorgvuldig met water afgespoeld en daarna afgedroogd.
Ook citroensap vormt een natuurlijk alternatief waarmee zelfs oppervlakkige roest kan worden verwijderd. Wees voorzichtig met kunststof bitten en Sweet Iron: hier beschadigt citroenzuur het materiaal.
Bij koperen bitten kun je beter kiezen voor een speciale polish voor trensbitten. Reinigers voor trensbitten laten het bit weer glanzen en zijn volledig ongevaarlijk voor het paard.
Piepende bitringen kunnen met olijfolie worden behandeld.
Een absolute no-go: het reinigen van het trensbit met staalwol of een staalborstel. Hierdoor ontstaan groeven en inkepingen op het bit en hierdoor kunnen de tong en de slijmvliezen van het paard letsel oplopen.
5. Hoe wordt het bit correct aan het halster vastgemaakt?
Een bit kan alleen in combinatie met een correcte bevestiging zijn functie vervullen. Het mag niet te hoog en niet te laag worden bevestigd, dus moet in het tandloze gedeelte van de onderkaak liggen. Tot de kies moet een afstand van twee vingers worden aangehouden, zodat het bit bij aangenomen teugels niet pijnlijk tegen de tanden slaat. Al tijdens het aantrekken van het halster over de oren kun je zien of de bakstukken te strak of te los zijn ingesteld. Vanaf de buitenkant gezien trekt het bit de mondhoeken niet naar boven. Er mogen maximaal twee vouwen in de mondhoek ontstaan.
- Halster in combinatie met dubbel- of enkelgebroken bitten:
Het bakstuk zit te los als een inwerking via de teugel niet mogelijk is en het paard permanent met het bit speelt. Het bit slaat eventueel tegen de wolfskiezen.
Het bakstuk zit te strak als het paard „grijnst“ en er meer dan twee vouwen in de mondhoek ontstaan. Bij het opnemen van de teugels wordt het bit uit de mond getrokken en wordt er druk op de lippen en kiezen uitgeoefend. Ook hier kan geen correcte hulp worden geboden, omdat het paard pijn heeft.
- Stanghoofdstel in combinatie met kandare en onderlegtrens:
De onderlegtrens die op een standaard trens lijkt, wordt ter hoogte zoals het standaard bit zonder kandare vastgemaakt. De kandare wordt altijd een centimeter kleiner dan de onderlegtrens gekozen, zodat de kandareboom strak tegen de lippen aan ligt. De kandare wordt onder de onderlegtrens ter hoogte van de kingroef bevestigd, zodat de onderlegtrens en kandare elkaar niet raken resp. op elkaar kunnen gaan liggen.
Hoe een halster over het algemeen correct wordt vastgemaakt, kun je in onze leidraad over hoofdstellen nalezen.
6. Welk bit is geschikt voor jonge paarden?
Voor jonge paarden is een enkelgebroken watertrens met doorlopende ringen geschikt. Bij dit bit heeft het paard de mogelijkheid om zich aan de druk door spelen met de tong te onttrekken als deze te veel wordt. De beweeglijke ringen vangen bovendien veel van de ruiterhand op. Als het jonge paard moeite heeft om de aanleuning van de teugels in de wendingen aan te nemen en het over de buitenschouder wegloopt, kan in plaats van de doorlopende ringen een kneveltrens worden gebruikt. Zo kun je met alle hulpen direct contact houden met het paard.
Meer informatie over de werking van de afzonderlijke bitten hebben wij in het hoofdstuk „Bitsoorten voor paarden en de werking ervan“ samengevat.
7. Zijn dunne bitten scherp?
In principe geldt: een bit is alleen zo scherp als de hand van de ruiter. Een grove ruiterhand kan ook het meest „zachte“ bit in een wapen veranderen dat zich tegen het paard keert. Tegelijkertijd heeft ook het bit zelf invloed op hoe scherp het werkt. Bij een dun bit is het contactvlak smaller dan bij een dik bit, zodat op de tong meer druk bij minder hard trekken aan de teugel kan ontstaan.
Het bitsoort is wat de scherpte van het bit betreft vaak belangrijker dan de dikte. Een bit met hefboomwerking oefent bij licht aannemen van de teugels meer druk uit op de mond van het paard, de onderkaak en de nek dan een watertrens bij eenzelfde teugeldruk.
Wie zijn paard wil ontzien en een niet al te scherp bit wil gebruiken, die hoeft niet noodzakelijkerwijs voor een dikker bit te kiezen, omdat de ruimte in de paardenmond beperkt is. De werking en dientengevolge ook de scherpte van de afzonderlijke bitten hebben wij in dit hoofdstuk uitgebreid toegelicht.
8. Welk bit is hypoallergeen?
Direct contact met metaal kan tot allergieën leiden, vooral als nikkel in het metaal zit – contactallergie. Uit onderzoeken is echter gebleken dat de aanwezige nikkel in zowel conventionele bitten alsook in Sweet Iron bitten zo goed gebonden is dat alleen minimale hoeveelheden door het paardenspeeksel vrijkomen, zodat het niet tot een allergische reactie leidt. Wie het zekere voor het onzekere wil nemen, kan het beste voor roestvrijstalen bitten kiezen. Hier wordt nikkel in de legering chemisch gebonden en dus niet afgegeven.
In onze webshop vind je bitten van GOLD MEDAL die op grond van de speciale legering nikkelvrij en hypoallergeen zijn. Ook kunststof bitten, zoals de bitten van APPLE MOUTH, veroorzaken doorgaans geen allergische reactie.
9. Hoe vaak moet ik het bit van het paard vervangen?
Wanneer een trensbit moet worden vervangen, is afhankelijk van de slijtage aan het oppervlak. Het bit moet worden vervangen als er groeven en scherpe randen in het materiaal zichtbaar zijn waardoor de tong en slijmvliezen van het paard letsel zouden kunnen oplopen. Roestvrijstalen bitten gaan meerdere jaren mee. Koper is daarentegen een zeer zacht materiaal. Hierdoor kan het zijn dat een bit dat hiervan is gemaakt eerder moet worden vervangen. Kunststof bitten kunnen door de kauwbeweginngen van het paard al na eenmalig gebruik beschadigd raken of kunnen eveneens gedurende een langere periode worden gebruikt.
10. Wat kost een trensbit?
De prijs van een trensbit is afhankelijk van het materiaal, de legering en een eventueel innovatieve vorm. Een enkel of dubbel gebroken trens is al vanaf 30 € verkrijgbaar. Als het om een nieuw materiaal gaat dat zeer slijtvast, hypoallergeen en licht is, kunnen de prijzen ook tussen 150 tot 200 € liggen.